Ga naar de inhoud

Het ‘alles wat je moet weten over gokken’-boek?

Gokken is geen spel. Op weg naar herstel
Frieda Matthys & Ronny Willemen (2023)

Gompel&Svacina uitgevers

Eind november 2023 werd het boek Gokken is geen spel gepubliceerd. Schrijvers zijn psychiater Frieda Matthys en maatschappelijk werker Ronny Willemen. Wat is er zo leuk aan gokken en hoe komt het dat sommigen er niet mee kunnen stoppen? Hoe verschillen de risico’s qua personen en gokproducten? Wat zegt de wetgever over de diverse gokopties? Het zijn maar enkele vragen waar dit boek een antwoord op wil geven.

Gokken in perspectief

​Problematische gokkers komen slechts mondjesmaat in de hulpverlening terecht (Vlaams expertisecentrum Alcohol en andere Drugs [VAD], 2023). De behandelkloof is waarschijnlijk te wijten aan een combinatie van factoren, waaronder het taboe dat op het thema rust en de drempels die probleemgokkers hierdoor ervaren. Ook technologische ontwikkelingen spelen een rol. Volgens de World Health Organization (Abbott, 2017) heeft de groei van onlinegokken geleid tot een aanzienlijke toename van gokverslavingen.​ De ‘gamegeneratie’ gaat ook steeds meer gokken omdat gokelementen verwerkt worden in games. Verontrustend is tevens de populariteit van onlinesportweddenschappen bij jongeren. Onderzoekers pleiten ervoor om niet alleen te kijken naar de gokverslaving, maar ook naar de persoonlijke en maatschappelijke impact (Schellekens, 2023). Reden hiervoor is de samenhang met schuldenproblematiek, somberheid, depressie, alcoholgebruik en suïcidaliteit. Vanaf maart 2022 heeft België een interfederaal beleidsplan gokken.1 Een van de acties die momenteel worden uitgerold is het versterken van het bestaande opleidingsaanbod voor huisartsen en eerstelijnspsychologen. Kortom, in het huidige tijdsgewricht waarin er in toenemende mate aandacht is voor (online)gokken, is Gokken is geen spel bijzonder actueel. 

Inhoudelijke beschouwing

Het boek telt tweehonderd pagina’s, opgedeeld in vijf hoofdstukken. In het eerste beschrijven de auteurs de fasen van gokverslaving en inzichten uit de neurobiologie, evolutieleer en (neuro)psychologie. Het tweede hoofdstuk bevat een historische en sociologische schets van de thematiek. Het derde gaat onder andere dieper in op de wetgeving en vergunningen. In het volgende hoofdstuk maken de auteurs gebruik van het biopsychosociaalmodel om de diverse interagerende factoren die het verslavingsrisico verhogen nader uiteen te zetten. Het laatste hoofdstuk behandelt de thema’s preventie, verantwoord gokken, vroegdetectie en behandeling. De lezer vindt in de marge geregeld citaten van schrijvers en wetenschappers, quotes uit films of fragmenten uit artikels. Af en toe is er ook plaats voor wist-je-datjes. Het boek is geschreven voor iedereen met interesse in het thema en dat is te merken: het leest vlot en vermijdt onnodig vakjargon. Geregeld zijn er samenvattende zinnen die de lezer bij de les houden. Soms is er wat herhaling, maar die voelt meer als ordenend dan storend. Speciale aandacht gaat uit naar de situatie in België en Nederland.

Hoofdstuk één biedt de lezer met kennis over verslaving weinig nieuwe inzichten. Het proces van recreatief naar pathologisch gokken verloopt immers via een klassieke weg. De auteurs beschrijven zes fasen: de winfase, de verliesfase, de wanhopige fase, de kritieke fase, de herstelfase en de groeifase. Opvallend: doorgewinterde gokkers gokken om de spanning te voelen tussen het inzetten en de uitkomst. De gokstoornis, zoals gedefinieerd in de DSM-5, vertoont veel gelijkenis met een stoornis in middelengebruik. Het verschil zit hem in de cognitieve processen (denkfouten), die later in het boek aan bod komen. Het hoofdstuk sluit af met een overzicht van de functies van gokken. Die verschillen per speltype. Zo zal een EuroMillionsgokker vermoedelijk eerder dromen van nooit meer te moeten werken, terwijl voor de ambitieuze pokeraar competitieve aspecten een rol spelen.

Het tweede hoofdstuk zal bij velen een kennishiaat vullen. De historie van kansspelen en weddenschappen laat een fascinerende slingerbeweging zien, aaneengeregen door maatschappelijke (tegen)reacties. De auteurs gaan eeuwen terug om aan te tonen dat gokken zo oud is als de mens, maar omgaan met de risico’s evenzeer. De kroniek van casino’s, weddenschappen, fruitautomaten, elektronische gokautomaten en loterijen wordt beschreven. Ook is er aandacht voor nieuwe uitdagingen waaronder sponsoring van de voetbalsport en ‘live betting’, het inzetten tijdens een sportwedstrijd, een bijzonder risicovolle vorm van gokken. Een ander interessant thema betreft de gokindustrie. Het laat zien hoe economische verstrengelingen en uitgekiende advertentiestrategieën vooral de kwetsbare gokker lokken, maar ook hoe taal geïnstrumentaliseerd wordt. Termen als ‘speler’ en ‘verantwoord gokken’ normaliseren het gokken. Het belang van regulering wordt duidelijk als men beseft dat veelvuldig gokken een automatische handeling wordt. De behandelaar of preventiespecialist die zich richt op de cognitieve vaardigheden van de gokker is dan weinig effectief. 

Het derde hoofdstuk is eerder summier. Het beschrijft verschillende vergunningen, maar besteedt ook aandacht aan gamen. Wist u dat aardig wat kinderen ‘social casino games’ spelen? Gratis gokspelen met virtuele fiches (geen geld) waar ‘in-game aankopen’ sluw opgedrongen worden. Andere voorbeelden van een vermenging van gamen en gokken zijn ‘lootboxes’  – virtuele schatkisten – en gokken met ‘skins’ – aangepaste afbeeldingen die de ‘visuals’ van spelelementen veranderen. Ook ‘e-sport betting’ – gokken op competitieve gamesessies met toeschouwers – is een aandachtspunt. Tot slot passeren de ‘gamification’ van de beurs en het speculeren met cryptomunten de revue. Dit hoofdstuk confronteert de leek met veel nieuwe begrippen, maar is informatief en goed uitgewerkt.

Halverwege het boek, in hoofdstuk vier, krijgt het onderwerp een gezicht. We leren dat gokkers geen homogene groep vormen. Er volgt een beschrijving van soorten gokkers. Voor veel hulpverleners zal de geconditioneerde gokker herkenbaar zijn. Deze personen hebben geen voorgaande psychische problematiek, maar krijgen angstproblemen en depressieve klachten ten gevolge van veelvuldig gokken. En er zijn de structurele kenmerken die het verslavingsrisico verhogen, zoals de variabele bekrachtiging, frequentie en duur van het spel, de hoogte van de winst of interactiviteit van het spel. Of iemand gokproblemen ontwikkelt, hangt niet alleen af van het type gokproduct, maar ook van de interactie tussen de individuele kwetsbaarheid en beschikbaarheid van gokgelegenheden. Bijzondere aandacht gaat uit naar de psychologische theorieën die pathologisch gokgedrag verklaren, waaronder de cognitieve theorie. De beschrijving van de mogelijke cognitieve vervormingen en irrationele gedachten, zoals bijgeloof en overschatten van eigen kunnen, zijn niet nieuw, maar bieden concrete inzichten die bijvoorbeeld voor psycho-educatie belangrijk kunnen zijn.

Hoofdstuk vijf bespreekt het voorkomen en verhelpen van gokproblemen. De voorwaarden van effectieve gokpreventie worden opgesomd. Beperken is daarbij het sleutelwoord. ‘Verantwoord gokken’ is een term die de industrie graag gebruikt, omdat het de nadruk legt op de individuele verantwoordelijkheid van de gokker en de indruk wekt dat er zoiets bestaat als een veilige manier van gokken. Het meeste onderzoek naar initiatieven voor verantwoord gokken is echter onvoldoende betrouwbaar. Dat geldt ook voor zelfuitsluiting, een maatregel die een toegangsverbod tot casino’s, speelautomatenhallen en wedkantoren inhoudt. Zonder aanvullende therapie is het effect weinig duurzaam, aldus de auteurs. Ethiek is nooit ver weg in het boek. Zo is er de kritische beschrijving van het Nederlandse ‘A safe bet’-project2, waarbij de academische wereld en de gokindustrie samenwerken om nieuwe instrumenten voor verantwoord onlinegokken te ontwikkelen. De rest van het hoofdstuk behandelt de hulpverleningspraktijk. Beschreven wordt waaruit behandeling bestaat en wat de patiënt zelf kan ondernemen. In de laatste pagina’s worden eerdergenoemde concepten geconcretiseerd. De manier waarop bingo, blackjack, roulette, lotto en weddenschappen foute denkpatronen genereren wordt hier heel duidelijk. Verder hebben de auteurs nog tips voor familie en staan ze stil bij hinderpalen bij de behandeling. Er is ook nog een passage over zelfhulp. De laatste alinea kreeg de veelzeggende titel: hoop. En zo sluiten de auteurs het boek positief af.  

Conclusie

De psycholoog fungeert als een belangrijke schakel in het herkennen, behandelen en voorkomen van gokproblemen en heeft veel ondersteuningsmogelijkheden. De hoge mate van comorbiditeit heeft implicaties voor de klinische praktijk, zoals het belang van routineuze screening en assessment. Algemene kennis over gokken is raadzaam: het kan de kwaliteit van therapie verhogen. Gokken is geen spel kan hierbij helpen. Het boek is vlot leesbaar en biedt toch voldoende diepgang. Helemaal nieuw is de inhoud niet, maar zelfs voor wie bekend is met de problematiek levert het nuttige inzichten op. Naast hulpverleners kunnen ook personen met gokproblemen of hun omgeving baat hebben bij het boek. Wie het aanbeveelt kan verwijzen naar de discretere e-boekversie. 

Noot

    1. Voor meer informatie zie: https://www.drugbeleid.be.
  • Voor meer informatie zie: https://www.eur.nl/en/news/new-research-project-responsible-gambling-launches-eur.

Literatuur

Abbott, M. (2017). The epidemiology and impact of gambling disorder and other gambling-related harm [Discussion paper for the 2017 WHO Forum on alcohol, drugs and addictive behaviours, WHO Headquarters, Geneva, 26-28 June 2017]. World Health Organization. https://www.who.int/docs/default-source/substance-use/the-epidemiology-and-impact-of-gambling-disorder-and-other-gambling-relate-harm.pdf

Schellekens, A. (2023). Gokken met gezondheid: advies over online kansspelen. Nationaal Rapporteur Verslavingen, Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. https://www.rapporteurverslavingen.nl/documenten/rapporten/23/09/28/gokken-met-gezondheid-advies-over-online-kansspelen

Vlaams expertisecentrum Alcohol en andere Drugs. (2023). Factsheet gokken.  http://www.vad.be/materialen/detail/factsheet-gokken


Personalia 

Giovanni Laleman, sociaal werker en socioloog, is als verslavingspreventiewerker verbonden aan het Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg Noord-West-Vlaanderen. Hij is nationaal trainer voor het Europees preventiecurriculum (EUPC, European Union Drugs Agency). 

E-mail: giovanni.laleman@cgg.be

Verantwoording

De auteur van deze recensie is werkzaam als indirecte collega van een van de auteurs van het boek, Ronny Willemen. Beiden zijn lid van de werkgroep ‘Gokken en Gamen’ van de VAD.